| Auteur | Otto Plantema |
| Taal | Engels |
| Uitgever | Otto Plantema |
| Pagina's | 148 |
| Formaat | 21 x 27 cm |
| Bindwijze | Hardcover |
| Afbeeldingen | 220 prachtige foto's in kleur |
| Jaar van uitgave | 2019 |
Velen van hen zijn niet zo gemakkelijk te zien voor de op het land gebaseerde vogelaar en de toegang tot de koloniën is vaak beperkt en duur. Vier soorten (het geslacht Phoebastria) leven in het subtropische noorden van de Stille Oceaan: Black Footed, Laysan, Short-tailed en Waved Albatross. De andere drie geslachten bewonen de zuidelijke oceanen, vooral in en rond de Subantarctic: 1 de gigantische albatrossen (Diomedea): Amsterdam, Antipodean, Tristan, Wandering, Southern Royal Albatross en Northern Royal Albatross; 2 de twee sooty's: Light Mantled and Sooty Albatross (Phoebetria) en 3 de groep van de 'kleine' mollymaks (Thalassarche): Black-browed, Bullers, Campbell, Chatham, Gray-headed, Salvin's, Shy, Atlantic Yellow Nosed en Indian Gele neus Albatros.
De auteur van dit boek, Otto Plantema, een Nederlandse chemicus en fotograaf, heeft op grote schaal de oceanen bevaren op zoek naar albatrossen en andere zeevogels. Hij heeft broedkolonies bezocht van alle soorten behalve één (Amsterdamse albatros) om ze te fotograferen. Heel wat soorten werden vaker dan een paar keer tegengekomen. In 2011 sloot ik me aan bij de auteur in de Atlantische Odyssee en moet zeggen dat de hoofdstukken over Zuid-Georgië en de Tristan da Cunha-archipel goede herinneringen oproepen.
Het eerste dat opvalt is de verbluffende kwaliteit van de foto's van alle soorten. Het is niet eenvoudig om de beste foto's te kiezen, maar de voorpagina-foto van de wenkbrauwalbatros die smeekt om eten en een paar foto's van de Southern Royals zijn mijn favorieten. Ten tweede is het boek heel gemakkelijk te lezen, het is in feite een snel en gestructureerd overzicht van waar, wanneer en hoe de albatrossen te zien. Maar het is meer dan een 'waar vogels kijken' boek met foto's. Na een inleidend hoofdstuk waarin taxonomie, ecologie, bedreigingen, broedbiologie en fotografie kort worden beschreven, beschrijft het boek de belangrijkste geografische gebieden die je moet bezoeken als je alle soorten in de buurt of in de kolonie wilt zien: Falkland Islands, South Georgia, Tristan da Cunha-archipel, Franse subantarctische eilanden, Nieuw-Zeeland en subantarctische eilanden en de (subtropische) Noord-Pacific (Hawaii, Japan en de Galapagos). De meeste hoofdstukken bevatten een paragraaf over geschiedenis en geografie per eiland, gevolgd door een bezoek aan deze eilanden en de soortenrekeningen, die bevatten: identificatie (kort), geschiedenis, populatie, verspreiding, gedrag, fokken, bedreigingen en status.
Dit boek is geen veldgids noch een monografie over het onderwerp, maar voor het plannen van uw pelagische expeditie zal dienen als een prachtig geïllustreerd en actueel 'waar albatrossen te vinden - met achtergrondinformatie'
Een deel van de boekopbrengst is voor The Albatross Taskforce of BirdLife.
